
Van de week kreeg ik de zogenaamde TAS list weer eens onder ogen. De TAS list is een lijstje met zogenaamde “referentie” opnamen van het high-end tijdschrift the Absolute Sound. The Absolute Sound beschrijft in bloemrijke high-end taal de merites van high-end apparatuur. Leuk om op zijn tijd te lezen, zeker leuker als de vergelijkbare bladen van Nederlandse bodem waarin de scribenten hun ervaringen met geluidsapparatuur beschrijven in een denkbeeldige wereld die bestaat uit “zwart rondom de instrumenten”, “rust van de weergave” en “microdetails” De mannen van de TAS doen in elk geval nog moeite om het gehoorde te beschrijven in minder zweverige taal. Een bekende scribent van de TAS is Harry Pearson, een echte vinyl freak die een heus lijstje heeft samengesteld met - volgens hem - referentie platen die technisch zeer goed zijn. Zo nu en dan kom ik in mijn platencollectie zo’n plaat tegen die op Harry’s lijstje staat. Ah, een TAS lp denk ik dan. Ga ik weer eens luisteren. Zo kwam ik een paar dagen geleden deze Copland lp op het beroemde Mercury Living Presence label tegen in mijn volstrekt ongeordende collectie (ik wil er nog eens een paar weken voor uittrekken om alles eens te ordenen), en die weer eens op de platenspeler gelegd. Eerste stereo persing, een echt collectors item dus. En hoe klinkt dat? Tja, leuke plaat die natuurlijk top klinkt, maar typisch Mercury repertoire. Flink orkest met hier en daar een forse klap op de grote trom, lekker slagwerk en veel kopergeweld. Later deed het Telarc label dat allemaal nog eens dunnetjes over. Muzikaal stelt het allemaal bitter weinig voor, maar het heeft wel demo-kwaliteit. Kortom: eens per jaar beluisteren met een goed glas wijn en een stukje Reypenaer kaas erbij. Als echte high-ender gaat u dan naar bed met de geruststellende gedachte dat uw set klinkt als een klok.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten